Bormann, Martin [oud]

Jeugdjaren en de weg naar de macht

Let op: dit artikel wordt momenteel herschreven.

Martin Bormann werd geboren op 17 juni 1900 in Halberstadt, een plaatsje in Duitsland, en was de zoon van een voormalige Pruisische legerofficier. Martin groeide op in een groot gezin; hij had een oudere stiefzus en stiefbroer uit het eerste huwelijk van zijn vader. Zijn moeder hertrouwde, een paar maanden nadat Martins vader was overleden in 1903, en haar nieuwe echtgenoot had vijf kinderen uit zijn eerder huwelijk. Zijn periode op school was er een om snel te vergeten en het duurde dan ook niet lang eer hij deze verliet en ging werken op een boerderij in Mecklenburg. Dit werk beviel hem uiteindelijk ook niet erg en hij meldde zich op 18-jarige leeftijd, en net voor het eind van de 1e Wereldoorlog, dan ook spoedig aan bij het 55e Veldartillerieregiment, waar hij de rang kreeg van soldaat.

Na de demobilisatie kreeg Martin opnieuw een baan aangeboden als boerenknecht bij een voormalige kolonel, Hermann von Trauenfels. Deze was actief lid van de Deutschvölkische Freiheitspartij in Mecklenburg, één van de vele rechtse groeperingen in de naoorlogse periode, en hij had al vrij snel in de gaten dat Martin een geboren manager en leider was. De paramilitairen van deze partij gingen ondergronds en het landgoed waar Martin werkte, werd een ‘agrarische opleidingsinstelling’. De discipline hier was hard en er deden zich dan ook tal van incidenten voor. Één van deze incidenten betrof de moord op de 63-jarige Walter Kadow, een voormalige onderwijzer van Bormann tijdens zijn lagere school periode. Hij werd vermoord omdat hij een medelid had verraden aan de Franse autoriteiten die na de Duitse nederlaag in de Eerste Wereldoorlog gezeteld waren in het Ruhrgebied. Ook Bormann was hierbij betrokken geweest en hij kreeg voor zijn medeplichtigheid één jaar gevangenisstraf. Na zijn straf te hebben uitgezeten kreeg Bormann in 1925 problemen met Von Trauenfels, en waarschijnlijk had dit te maken met diens vrouw. De aristocratische voormalig kolonel was 46 jaar, zijn vrouw Ehrengard was 35 jaar en Bormann was op dat moment 25 jaar. Dit verklaart waarschijnlijk ook Bormanns latere drang naar erotische uitspattingen en het feit dat Ehrengard tot haar dood contact met Bormann onderhield. Later noemde Bormann zelfs een van zijn eigen dochters ook Ehrengard.

In februari 1927 werd Bormann lid van de NSDAP en kreeg als lidnummer 60508, en werd voor zijn toetreding tot de partij later beloond met de felbegeerde partijspeld. Al vrij snel klom Bormann op in de Nazi-hiërachie en in 1928 werd hij benoemd tot hoofd van de Nazi-partij in de regio Thüringen en in november 1928 werd hem zelfs gevraagd om het beheer op zich te nemen van een verzekeringsfonds waaruit de medische kosten betaald werden van leden van de SA, die bij straatgevechten gewond waren geraakt. In dezelfde periode leerde hij ook Gerda kennen, de 19-jarige dochter van majoor Walter Buch, een van de 12 Nazi’s in de Reichstag. De lange Arische vrouw was bijna een kop groter dan de compacte Bormann en ondanks de tegenwerking en afkeuring van majoor Buch, trouwde het stel toch in september 1929. Zeven maanden later werd hun eerste zoon, Adolf Martin Bormann, geboren. Bormann was uiterst dominant tegen ondergeschikten en thuis was hij een echte tiran waarbij hij in het bijzijn van genodigden regelmatig zijn vrouw vernederde en altijd met zijn riem klaar stond als zijn kinderen bij het minste over de schreef gingen. Ondanks dat hij 10 kinderen had bij zijn vrouw, is het bekend dat hij meer tijd aan andere vrouwen besteedde dan aan zijn eigen Gerda. Zo heeft hij tijdens de oorlog jarenlang een relatie gehad met de 30-jarige actrice Manja Behrens, een relatie waar zijn eigen vrouw van af wist maar hiertegen geen actie durfde te ondernemen. Verder was Bormann een stevige roker, echter nooit in het bijzijn van Hitler, en hield hij van een stevige borrel.

Picture: 1225

De machtsjaren

Let op: dit artikel is aan herziening toe. Wilt u ons helpen met het (her)schrijven van dit artikel, neem dan contact op met de redactie.

Op 3 juli 1933 werd Bormann benoemd tot Stabsleiter onder Rudolf Hess, een functie die hij tot 1941 zou bekleden. In oktober 1933 werd hij benoemd tot Reichsleiter van de NSDAP en in november van datzelfde jaar werd hij toegelaten als lid van de Reichstag. In oktober 1937 werd Bormann benoemd tot 'vice-Führer' en werd hij een van de 16 Reichsleiter van de partij. Omdat hij reeds eerder had aangetoond de ideale beheerder te zijn van de grote sommen geld die aan de nazipartij waren geschonken, kreeg hij ook andere verantwoordelijkheden. Bormann greep onmiddellijk zijn kans en anticipeerde op alle wensen van Adolf Hitler. Vanaf de eerste keer dat Bormann in contact kwam met Hitler in de jaren 20, hadden beiden al een hechte band opgebouwd. Hitler was getuige op Bormanns bruiloft en Bormann was op zijn manier weer getuige van Hitlers huwelijk met Eva Braun. Ook was Hitler peetvader van Bormanns eerste zoon, Adolf Martin Bormann.

Vanaf zijn eerste dagen in het gezelschap van de Führer had hij steeds een notitieboekje bij zich waarin hij alle opmerkingen van zijn leider opschreef. Omdat Hitler zichzelf vaak tegensprak, was Bormanns register van Hitler-citaten een zeer handig en flexibel instrument. Dankzij Bormanns grote enthousiasme werd de Berghof in Berchtesgaden uitgebouwd tot de thuishaven van Hitlers hofhouding. Hij kocht de omliggende panden op, bouwde voor zijn eigen gezin een huis van drie verdiepingen en voegde er later een theehuis in Kehlstein aan toe. Voor zijn waardering gaf Hitler hem in 1938 de Blutorden, die alleen was voorbehouden aan veteranen van de mislukte Putsch en aan diegenen die vanwege hun activiteiten voor de partij minstens één jaar in de gevangenis hadden gezeten, en dat was bij Bormann het geval geweest.

In 1941 deed er zich een gelegenheid voor waardoor Bormann nog meer opklom in de nazi-hiërachie. Rudolf Hess was naar Schotland gevlogen en Bormann werd op deze manier makkelijk doorgeschoven als Hitlers rechterhand. Hij werd de vertrouwensman van de Führer en wist zo een beschermende muur voor zichzelf op te trekken. Door Hitler af te schermen van slecht nieuws isoleerde Bormann zijn leider, waardoor Hitler zich nog sneller in zijn fantasiewereld terugtrok toen Duitsland de oorlog leek te verliezen. Bormann hield dit machtsspelletje tot het bittere einde vol. Bormanns gezag nam toe terwijl Hitlers Derde Rijk steeds kleiner werd, maar dit verdampte als sneeuw voor de zon toen Hitler in april 1945 zelfmoord pleegde. Bormann had namelijk jarenlang door zijn autoritaire gedrag in zijn zegetocht naar de top steeds meer vijanden gekregen en overlevenden uit de bunker in de laatste dagen van Hitler verklaarden hoe bijna iedereen hem negeerde nadat Hitler zelfmoord had gepleegd. Tijdens deze laatste dagen, toen het einde van het Derde Rijk definitief leek, stuurde Bormann een laatste boodschap naar zijn vrouw en kinderen die op dat moment op de Oberzalsberg verbleven. Daarin schreef hij dat zijn vrouw en kinderen zelfmoord moesten plegen, maar dit bericht is nooit aangekomen.

Als Hitlers privé-secretaris was Bormann niet alleen maar betrokken bij het beleid van de partij, maar had hij ook inspraak gekregen in het politieke beleid van Nazi-Duitsland. Zo was hij ook vrij dicht betrokken bij de uiteindelijke "oplossing van het jodenvraagstuk" en mede aan de hand van zijn memo’s kon Adolf Eichmann gaan werken aan de definitieve 'Endlösung'.

De mythe rond Bormann

Let op: dit artikel is aan herziening toe. Wilt u ons helpen met het (her)schrijven van dit artikel, neem dan contact op met de redactie.

Bormann was het laatst gezien tijdens de evacuatie van de Führerbunker na Hitlers zelfmoord, en sindsdien was er niets meer van hem vernomen. Hij werd daarom tijdens de processen van Neurenberg in 1946 wegens oorlogsmisdaden bij verstek ter dood veroordeeld. Echter, al vrij snel deden er geruchten de ronde dat Bormann nog steeds in leven was. Zo zou hij gesignaleerd zijn in een Italiaans klooster en andere bronnen beweerden dat men hem in Brazilië, Chili en Argentinië had gezien, waar hij jarenlang een leven leidde als miljonair. Ook de Israëlische geheime dienst, die vanaf het eind van de oorlog al vele voormalige oorlogsmisdadigers en nazikopstukken had opgepakt, kon hem niet vinden. Dat niemand Bormann na de oorlog kon vinden, was heel simpel te verklaren. In 1945 zat het Rode Leger overal en Bormann wist wat hem te wachten stond indien hij gevangen genomen werd. De laatste overlevenden in de Führerbunker splitsten zich op in kleine groepjes en probeerden te vluchten. Bormann raakte echter, samen met Dr. Ludwig Stumpfegger, achterop en omdat ze beiden bang waren om gevangen genomen te worden, namen ze beiden cyanide in. Een andere verklaring komt van de chauffeur van Hitler, Erich Kempka. Deze beweerde dat Bormann werd gedood tijdens zijn poging om door de Russische linies heen te breken.

Het hoofd van de Hitler Jugend, Arthur Axmann, had, evenals twee andere getuigen die door de Russen later gevangen werden genomen, de lijken op 2 mei 1945 gezien in de Invalidenstrasse, ten noorden van de rivier de Spree in Berlijn, maar hun getuigenis werd niet serieus genomen. De historicus Hugh Trevor-Roper geloofde het verhaal van Axmann al in 1947, toen hij een boek over de laatste dagen van Hitler publiceerde. In 1972 werden er tijdens bouwwerkzaamheden op de plek waar het lijk van Bormann gezien zou zijn, twee skeletten gevonden. Een van deze had nog steeds een cyanidecapsule tussen zijn tanden geklemd en had het juiste postuur en de juiste leeftijd om Martin Bormann te zijn. Na autopsie bleek dit overeen te komen met de gegevens die men nog in de archieven had en voor de Duitse autoriteiten was dit voldoende om Bormann in april 1973 officiëel dood te verklaren. Voor anderen was dit echter geen bevredigende conclusie en velen beweerden dat Bormann de hoogste nazi was die zijn straf had weten te ontlopen. Pas in 1998 kon men door een vergelijking van het DNA-materiaal met dat van de familieleden aantonen dat een van de lijken die men destijds had gevonden dat van Martin Bormann was.

Bormanns vrouw, Gerda, overleed aan kanker in 1946. Hun 10 kinderen overleefden allen de oorlog en werden later ondergebracht bij verschillende pleeggezinnen. Adolf Martin Bormann, de oudste zoon, werd later priester en reisde over de hele wereld om lezingen te geven. Hoewel de kinderen later beweerden dat ze hun vader als streng doch rechtvaardig zagen, zullen de meesten Bormann herinneren als een autoritair persoon die hunkerde naar macht. Hoewel hij voor de buitenwereld vaak overkwam als ‘de man achter de schermen’, heeft hij wel degelijk invloed gehad op de politiek van nazi-Duitsland voor en tijdens de oorlogsjaren, en zijn beslissingen hebben zeer zeker invloed gehad op de vorming en het verloop van de 'Endlösung'.

Processtukken

- Vonnis Bormann

References

Sources

- Verschrikkingen van het Nazi-systeem - Lekturama Rotterdam - 1978.
- Operatie JB van Ch.Creighton - Uitgeverij Balans Amsterdam - 1996.
- Bericht van de Tweede Wereldoorlog - Amsterdam Boek Amsterdam - 1970-1975.
- Martin Bormann: The Shadow Man
- Martin Bormann
- Martin Bormann
- Copyright foto: Photoarchive of the Third Reich