1 Noorse Patrouilleschip d.s. Honningsvag (1940)
Inleiding
De Duitse Fischdampfer Malangen (PG550), liep op 13 april 1940 de Noorse havenstad Honningsvag binnen. Bij het binnenlopen van de haven, werd het schip geënterd door een lokale garde eenheid onder bevel van Loytnant C.A. Carlsen. Tien dagen later, nam Fenrik A.E.T. Plyhn, namens de Sjöforsvaret (Noorse Marine), het bevel over het schip op zich, dat op dat moment ter ere van de stad waarin het in beslag was genomen, tot Honningsvag was hernoemd. De d.s. Honningsvag (1940) zou als patrouilleschip bij de Noorse Marine blijven tot 22 augustus 1946.

Gegevens
Gebouwd door: |
Kiel gelegd: |
Te
waterlating: |
In dienst: |
Einde: |
Dechimag Werk Seebeck, Wesermünde |
september 1939 |
29 januari 1940 |
1973 (sloop) |
|
Bouwnummer : 645 |
||||
Indeling: |
Datum in:: |
Datum uit: |
Gegevens: |
|
29 januari 1940 |
13 april 1940 |
d.s. Malangen,
Norddeutsche Hoochseefischerei AG |
||
23 april 1940 |
12 juni 1940 |
KS Honningsvag, 3
Sjöforsvarsdistrikt, Sjöforsvaret (Noorse Marine) |
||
6 september 1940 |
16 mei 1945 |
KS Honningsvag (4-277),
Royal Navy Iceland Group, Reykjavik |
||
mei 1945 |
22 augustus 1946 |
KS Honningsvag,
Sjöforsvaret (Noorse Marine) |
||
1947 |
1973 |
Vissersschip |
Geschiedenis
Het Duitse visserijschip Malangen, werd in februari 1940 te Wesermünde tewatergelaten. Het schip droeg de visserijaanduiding PG550 en was eigendom van de Norddeutsche Hoochseefischerei AG. Op 27 maart 1940 vertrok het schip uit Wesermünde voor haar eerste vaart naar de visserijgronden op de Barentszzee. Het schip voer ter hoogte van de Noorse kust op het moment dat Duitse troepen Operatie Weserübung aanvingen. Het schip trachtte in reactie hierop terug naar Duitsland te komen, waarbij het op 13 april 1940 een tussenstop wilde maken in de havenstad Honningsvag. Direct bij binnenkomst in de haven, werd het schip geënterd door een lokale garde eenheid onder bevel van Loytnant C.A. Carlsen. Ter ere van de plaats waar het schip werd ingenomen, noemden de Noren het de Honningsvag. De Duitse bemanning werd overgebracht naar het krijgsgevangenenkamp in het Fort Vardohus en werden later overgebracht naar het Krijgsgevangenenkamp Skorpa. Op 12 juni 1940 zouden ze worden vrijgelaten.

Op 23 april 1940 nam het Noorse 3e Sjöforsvarsdistrikt van de Sjöforsvaret (Noorse Marine) het schip als patrouilleschip d.s. Honningsvag (1940) in dienst en werd het onder bevel gesteld van Fenrik A.E.T. Plyhn. Als bewapening werd een 47 mm kanon aan boord geplaatst. Plyhn en zijn bemanning brachten het over naar de havenstad Bodo. De districtscommandant de Bodo stuurde de Honningsvag naar Sandnessjoen om daar als lokaal patrouilleschip te dienen. De commandant Plyhn werd hier bevorderd tot Loytnant. De Honningsvag opereerde samen met de Heilhorn vanuit Sandnessjoen langs de kust van Helgoland, waarbij het er voor zorgde dat de Duitse troepen bij hun opmars naar Narvik, geen gebruik konden maken van de kustwegen. Toen op 9 mei 1940 het Britse troepentransportschip Royal Watch in Bodo arriveerde met troepen van Scissorforce, werd de Honningsvag, samen met twee lokale stoomboten en drie visserijschepen aangewezen om de Britse troepen te helpen aan land te komen. Op 10 mei waren alle militairen en hun spullen overgebracht van het troepentransportschip naar land.
De Honningsvag vertrok op 14 mei 1940 naar de Vafsnfjord om een daar gelande Duits watervliegtuig te onderscheppen dat was vastgelopen op de kust bij Kvalnes. Een lokale verdedigingseenheid had de Duitsers al overmeesterd en de gevangenen en alles wat van het watervliegtuig geborgen kon worden, werd met de Honningsvag overgebracht naar Sandnessjoen. De Honningsvag vertrok hierna naar Dalsvag. Op 19 mei 1940 werd de Honningsvag samen met de Heilhorn er op uit gestuurd om de door de Duitsers in beslag genomen ss Albion tot zinken te brengen. Bij de Stromoyene eilanden werd de ss Albion onderschept en rond 22.00 uur tot zinken gebracht. De volgende dag werd de Honningsvag door een alleen vliegend Duits vliegtuig aangevallen in de Ranalfjorden, maar werd niet geraakt. De volgende dag werd de thuishaven van het schip aangevallen met bommenwerpers terwijl het schip in de haven lag. Bij deze aanval werd lichte schade opgelopen en raakte één van de schutters van het schip licht gewond. De dagen hierna werden de Duitse aanvallen telkens intensiever en op 24 mei 1940 verliet de Honningsvag het gebied en voer naar Harstad. Hier werden kleine reparaties uitgevoerd.
Op 7 juni 1940 ontving Loytnant Plyhn het bevel om zich met schip en bemanning naar Groot-Brittannië te begeven. Het schip verliet diezelfde dag nog de haven van Harstad en voegde zich op 10 juni bij een Geallieerd Konvooi. Op 12 juni 1940 arriveerde het schip in Torshavn op de Faroer Eilanden. De Honningsvag onderging in Groot-Brittannië de nodige reparaties en werd herbewapend met een 100 mm kanon, een 2 ponder pom-pom automatisch luchtafweerkanon, vier stuks 12,7 mm Colt-Browning luchtafweergeschut, 50 dieptebommen en uitgerust met een Type 123A Asdic.
Op 31 augustus 1940 was het schip gereed voor inzet en werd het op 6 september 1940 geplaatst met kenmerk 4-277 Honningsvag bij de Royal Navy Iceland Group te Reykjavik. Deze eenheid patrouilleerde tijdens de Tweede Wereldoorlog langs de IJslandse kust en op de Arctische Oceaan tussen de eilanden Jan Mayen en Groenland. Bij deze patrouilles werden regelmatig anti-onderzeeboot aanvallen uitgevoerd en reddingsoperaties uitgevoerd om drenkelingen op te pikken van door U-boten tot zinken gebracht vrachtschepen. De Honningsvag verliet de Iceland Group op 16 mei 1945 toen het schip terugkeerde naar Noorwegen.

In Noorwegen, bleef het schip bij de Sjöforsvaret (Noorse Marine) varen tot het op 23 augustus 1946 werd overgedragen aan het Marinekommando Trondelag en uit de vaart werd genomen. In 1947 werd het schip verkocht aan een visserijbedrijf in Kristiansund. Het schip bleef vervolgens als visserijschip opereren tot het in 1973 werd verkocht om te worden gesloopt.
Technische gegevens
Naam: | d.s. Honningsvag |
|
Callsign/Registratie: |
4-277 |
|
Bouwer: |
Dechimag Werk Seebeck, Wesermünde |
|
Bouwnummer: |
645 |
|
Type/Klasse: |
Patrouilleschip |
|
Waterverplaatsing: |
487 BRT |
|
Lengte: |
54,01 meter |
|
Breedte: |
8,38 meter |
|
Diepgang: |
4,97 meter |
|
Aandrijving: |
stoommachine 1.000 ihp (750 kW) |
|
Snelheid: |
11 knopen (20 km/u) |
|
Bereik: |
9.300 km bij 10 knopen |
|
Bewapening: |
1x 47 mm geschut 2x 12.7 mm Colt Browning AA machinegeweren Na verbouwing in Groot Brittannië 1x QF 4 inch Mk XII geschut 1x 2 ponder "pom-pom" geschut 4x 12.7 mm Colt Browning AA machinegeweren 50x 450 lb dieptebommen met 2 werpers |