Britse Onderzeeboten van de T-klasse (Triton-klasse)

Inleiding

De Britse T-klasse onderzeeboten was een klasse bestaande uit 55 onderzeeboten. De klasse werd ook wel aangeduid met Triton-klasse. Gebaseerd op de bewapening, konden de schepen in drie groepen worden verdeeld. De eerste groep telde 10 torpedolanceerbuizen, de tweede en derde groep 11. De derde groep onderscheidde zich van de eerste en tweede groep voorst door middel van een aanvullend 20 mm luchtafweergeschut.

Image 19343
HMS Thorn Source Imperial War Museum FL 4568

Schepen in de klasse

Naam:
Kiellegging:
Tewaterlating:
Indienststelling:
Einde:
1e Groep:




HMS Triton (N15)
28 augustus 1936
5 oktober
1937
9 november
1938
18 december
1940
HMS Tarpon (N17)
5 oktober
1937
17 oktober
1939
8 maart
1940
10 april
1940
HMS Triumph (N18)
19 maart
1937
16 februari
1938
2 mei
1939
14 januari
1942
HMS Thistle (N24)
7 december 1937
25 oktober
1938
4 juli
1939
10 april
1940
HMS Thetis (N25)
21 december 1936
29 juni
1938
niet in dienst gesteld
1 juni
1939
HMS Thunderbolt (N25)
zie Thetis
zie Thetis
26 oktober
1940
maart
1943
HMS Taku (N38)
18 november 1937
20 mei
1939
3 januari
1940
november
1946
HMS Trident (N52)
12 januari 1937
7 december 1938
1 oktober
1939
20 november
1945
HMS Triad (N53)
24 maart
1938
5 mei
1939
16 september 1939
15 oktober
1940
HMS Tigris (N63)
11 mei
1938
31 oktober
1939
20 juni
1940
10 maart
1943
HMS Truant (N68)
24 maart
1938
5 mei
1939
30 oktober
1939
19 december
1945
HMS Tribune (N76)
3 maart
1937
8 december 1938
17 oktober
1939
29 juni
1945
HMS Tetrarch (N77)
24 augustus 1938
14 november 1939
15 februari
1940
2 november
1941
HMS Talisman (N78)
27 september 1938
29 januari
1940
29 juni
1940
17 september
1942
HMS Torbay (N79)
21 november 1938
9 april
1940
14 januari
1941
29 oktober
1945
HMS Tuna (N94)
13 juni
1938
10 mei
1940
1 augustus
1940
19 december
1945





2e Groep:




HMS Thorn (N11)
20 januari 1940
18 maart
1941
26 augustus
1941
6 augustus
1942
HMS Thrasher (N37)
14 november 1939
28 november 1940
14 mei
1941
9 maart
1947
HMS Trusty (N45)
15 maart
1940
14 maart
1941
30 juli
1941
januari
1947
HMS Traveller (N48)
17 januari 1940
27 augustus 1941
10 april
1942
12 december
1942
HMS Tempest (N86)
6 januari
1940
10 juni
1941
6 december
1941
13 februari
1942
HMS Trooper (N91)
7 mei
1940
5 maart
1942
29 augustus
1942
17 oktober
1943
HMS Turbulent (N98)
15 maart
1940
12 mei
1941
2 december
1941
12 maart
1943





3e Groep:




HMS P311 (P311)
25 april
1941
5 maart
1942
7 augustus
1942
8 januari
1943
HMS Trespasser (P312)
8 september 1941
29 mei
1942
25 september 1942
26 september
1961
HMS Tactician (P314)
13 november 1941
29 juli
1942
29 november 1942
6 december
1963
HMS Truculent (P315)
4 december 1941
12 september 1942
31 december 1942
12 januari
1950
HMS Templar (P316)
28 december 1941
26 oktober
1942
15 februari
1943
1954
HMS Tally-Ho (P317)
25 maart
1941
23 december 1942
12 april
1943
februari
1967
HMS Tantalus (P318)
6 juni
1942
24 februari
1943
2 juni
1943
november
1950
HMS Tantivy (P319)
4 juli
1942
6 april
1943
25 juli
1943
1951
HMS Telemachus (P321)
25 augustus 1942
19 juni
1943
25 oktober
1943
1 augustus
1961
HMS Talent (P322)
13 oktober 1942
zie Zwaardvisch
zie Zwaardvisch 23 maart
1943
Hr. Ms. Zwaardvisch (P322)
zie Talent
17 juli
1943
23 november 1943
12 juli
1963 (als Hr. Ms. Zwaardvis)
HMS Terrapin (P323)
29 oktober 1942
31 augustus 1943
22 januari
1944
juni
1946
HMS Thorough (P324)
26 oktober 1942
30 oktober
1943
1 maart
1944
juni
1962
HMS Thule (P325)
20 september 1941
22 oktober
1942
13 mei
1944
14 september 1962
HMS Tudor (P326)
20 september 1941
23 september 1942
16 januari
1944
1 juli
1963
HMS Tireless (P327)
30 oktober 1941
19 maart
1943
18 april
1945
augustus
1963
HMS Token (P328)
6 november 1941
19 maart
1943
15 december
1945
maart
1970
HMS Tradewind (P329)
11 februari 1942
11 december 1942
18 oktober
1943
14 december 1955
HMS Trenchant (P331)
9 mei
1942
24 maart
1943
26 februari
1944
1 juli
1963
HMS Tiptoe (P332)
10 november 1942
25 februari
1944
12 juni
1944
1975
HMS Trump (P333)
31 december 1942
25 maart
1944
8 juli
1944
1 augustus
1971
HMS Taciturn (P334)
9 maart
1943
7 juni
1944
8 oktober
1944
8 augustus
1971
HMS Tapir (P335)
29 maart
1943
21 augustus 1944
30 december
1944
16 december
1953
zie Zeehond

december
1966
Hr. Ms. Zeehond (P335)
zie Tapir zie Tapir
12 juli
1948
zie Tapir
HMS Tarn (P336)
12 juni
1943
29 november 1944
zie Tijgerhaai
zie Tijgerhaai
Hr. Ms. Tijgerhaai (P336)
zie Tarn
zie Tarn
28 maart
1945
11 november 1964
HMS Talent (P337)
21 maart
1944
13 februari
1945
27 juli
1945
1 februari
1970
HMS Teredo (P338)
17 april
1944
27 april
1945
13 april
1946
5 juni
1965
HMS Taurus (P339)
30 september
1941
27 juni
1942
3 november
1942
8 december
1953
zie Dolfijn

april
1960
Hr. Ms. Dolfijn (P339)
zie Taurus
zie Taurus 4 juni
1948
7 december
1953 (Taurus)
HMS Theban (P341)


afbesteld in 1945
HMS Tabard (P342)
6 september
1944
21 november
1944

25 juni
1946

2 januari
1974

HMS Talent (P343)



afbesteld in 1945
HMS Threat (P344)



afbesteld in 1945
HMS P345 (P345)



afbesteld 7 april
1943
HMS P346 (P346)



afbesteld 7 april
1943
HMS P347 (P347)



afbesteld 7 april
1943
HMS P348 (P348)



afbesteld 7 april
1943
HMS Thor (P349)
5 april
1943
18 april
1943
niet in dienst
genomen
juli
1946
HMS Tiara (P351)
8 april
1943
18 april
1944
niet in dienst
genomen
juni
1947
HMS Totem (P352)
22 oktober
1942
28 september
1943

9 januari
1945

zie INS Dakar
INS Dakar
zie Totem
zie Totem

10 november
1967

25 januari
1968
HMS Truncheon (P353)
5 november 1942
22 februari
1944
25 mei
1945
zie INS Dolphin

INS Dolphin
zie Truncheon
zie Truncheon
1968
1977
HMS Turpin (P354)
24 mei
1943
5 augustus
1943
18 november
1944
zie INS Leviathan
INS Leviathan
zie Turpin
zie Turpin
1967
1978
HMS Thermopylae (P355)
26 oktober
1943
27 juni
1945
5 december
1945
december
1968

Geschiedenis

De T-klasse onderzeeboten waren in 1934 ontworpen ter vervanging van de oudere onderzeeboten uit de O-klasse (I), P-klasse en R-klasse[1]. Op aandringen van de toenmalige Conservatieve Britse regering werd aanvankelijk gekozen voor een herhalingsmodel van de P-klasse maar dan gemoderniseerd. Dit resulteerde in twee voorstellen vanuit de Director of Naval Construction (DNC) voor onderzeeboten met een waterverplaatsing van 1000 ton. Deze DNC A en DNC B, Bijstellingen in het eisenpakket, resulteerde in nogmaals twee nieuwe ontwerpen totdat op 24 juni 1935 werd besloten de nieuwe onderzeeboten te rangschikken binnen een nieuwe T-klasse. De Admiralty Board gaf op 13 februari 1936 haar goedkeuring aan het nieuwe ontwerp en op 5 maart 1936 werd de opdracht voor het eerste schip vergeven.[2]

Op basis van de bewapening en aanpassingen tijdens de bouw konden drie groepen worden onderscheiden.:

De eerste groep kreeg een bewapening van 1 stuks geschut van 10 cm, drie machinegeweren voor luchtafweer en tien 53,34 cm torpedolanceerbuizen. Van deze buizen waren er zes in de boeg van drukromp ingebouwd en twee in de boeg van de buitenromp. door deze opstelling kregen de schepen een bultige boeg, welke in de praktijk voor slechtere stroomlijn zorgde[3]. Midscheeps waren eveneens twee voorwaarts vurende torpedolanceerbuizen in de buitenromp aangebracht. Deze schepen hadden een bemanning van 59 koppen. Van deze eerste groep is van twee schepen, HMS Tigris (N63) en HMS Torbay (N79) bekend dat zij een elfde naar achter vurende torpedolanceerbuis in de hek van het schip gemonteerd hebben gekregen. De brug van de eerste groep was open gebouwd, waardoor de manschappen open stonden aan weersinvloeden. In de groep werd gedurende de bouw geëxperimenteerd met verschillende vormen brugopbouw[3][4].

De tweede groep schepen, had een bemanning van 61 koppen aan boord en had eveneens aan de achterzijde een naar achter vurende torpedolanceerbuis er bij gemonteerd gekregen. Voor het overige was de bewapening hetzelfde als de eerste groep. De twee in de buitenste romp aangebrachte torpedolanceerbuizen in de boeg waren echter verder naar achter geplaatst waardoor de stroomlijn verbeterde[5]. Bij de tweede groep werd een meer beschutte brugopbouw toegepast.

De derde groep had dezelfde combinatie aan bewapening als de tweede groep, maar had een aanvullend 20 mm luchtafweergeschut gekregen. De stroomlijn werd nog verder verbeterd bij deze groep[6]. Daar waar bij de eerste en de tweede groep de gehele romp was samengesteld met klinknagels, werd bij de derde groep een groot deel van de romp gelast, waarmee de schepen tot grotere diepte konden duiken[7]. Bij de derde groep werd weer overgestapt op een meer open brugopbouw omdat gebleken was dat dit voor een beter uitzicht zorgde[5].

Afhankelijk waar de schepen werden gebouwd, werden verschillende typen motoren toegepast[8].
Image 19344
Hr. Ms. Zwaardvisch Source Wilco Vermeer collection

Na afloop van de Tweede Wereldoorlog werden de meeste nog in dienst zijnde schepen gesloopt of omgebouwd tot anti-onderzeeboot vaartuig. Bij de Royal Navy ging het laatste schip in 1969 uit de operationele dienst. Enkele werden nog tot 1974 als trainingsschip gebruikt. Het laatste exemplaar werd in 1977 bij de Israëlische marine uit de vaart genomen.[4]

Technische gegevens

 Klasse: T-klasse
 Aantal in klasse:
55 besteld
53 afgebouwd
 Land:
Groot-Brittannië
Nederland
Israël (na Wo2)
 Type:
Onderzeeboten
 Waterverplaatsing:
1.290 BRT boven water
1.560 BRT onder water
 Lengte:
84,28 meter
 Breedte:
7,77 meter
 Diepgang:
4,45 meter
 Aandrijving:
2x diesel motoren, 2.500 pk
2x elektro motoren, 1.450 pk
2 schroeven
 Snelheid:
15,5 knopen (28,7 km/u) boven water
9 knopen (17 km/u) onder water
 Bereik:
15.000 km bij 10 knopen
20.000 km bij 10 knopen (groep 2 en 3)
 Duikdiepte:
91 meter
 Bewapening:
6x 53,34 cm Boegbuizen binnen de drukhuid
4x 53,34 cm Boegbuizen buiten de drukhuid
2x 53,34 cm Torpedolanceerbuizen midscheeps
(buiten de drukhuid voorwaarts vurend)
1x 102 mm kanon
3x 0.303 inch machinegeweren
 Bemanning:
48 - 58